Voor en door schippers
Categoriën
Sociale Media

ASV reactie op CCR antwoord 15 mei 2014

Naar aanleiding van uw brief d.d. 15 mei 2014 betreffende ‘Klacht ingesteld tegen de Nederlandse regering, uw brief van 27 februari 2014’ richten wij ons tot met het volgende:

Inmiddels zijn er bijna twee maanden verstreken na betreffende brief.

In uw brief heeft u te kennen gegeven dat de uitvoerend secretaris van het CDNI-verdrag de ASV op korte termijn zal berichten over de opgevoerde kwestie. Tot dusver heeft de ASV nog geen bericht mogen ontvangen.

Betreffende passage uit uw brief;

“De beantwoording van uw eerder genoemd schrijven is enigszins aangehouden in verband met nog lopend beraad over de door u opgevoerde kwestie. De uitvoerend secretaris van dat verdrag zal u binnenkort nader berichten”.

Naar wij hebben vernomen heeft er onlangs (26 juni jl.) een conferentie plaatsgevonden van Verdragsluitende Partijen. Wij willen u derhalve op dit moment verzoeken op korte termijn de ASV nader te berichten over de uitkomsten van het beraad dat op 15 mei in uw schrijven nog lopende was.

In afwachting van uw bericht verblijven wij,

Hoogachtend,

Namens de ASV

Omdat de minister het CDNI verdrag schendt, gesloten met de ons omringende landen om het milieu te beschermen wat betreft afvalstoffen in de binnenvaart, heeft de ASV een klacht neergelegd bij de CCR, als hoedster van het verdrag. Na aandringen reageerde de CCR (veel te laat) met het antwoord dat zij daar niet over ging maar het door zou spelen naar het CDNI. Wij hebben na wederom vele maanden een reactie gestuurd met de vraag waar hun antwoord toch bleef.

En jawel….er kwam dan eindelijk het antwoord van het CDNI. Een ronduit beschamend antwoord ten opzichte van hun eerdere argument waarom we zo lang op een antwoord moeten wachten, namelijk dat men tijd nodig had om zich te beramen op deze ingewikkelde situatie. Men antwoordt nu namelijk dat in het CDNI-verdrag geen klachtrecht is voorzien en dat men ons aanraadt, de klacht nationaal neer te leggen. En daar heeft men dan maanden voor nodig gehad om dat te bedenken.

We zijn weer terug bij de minister dus. Die al heeft aangegeven, zich niets van de klacht aan te trekken.

Het kan toch niet zo zijn, lijkt ons, dat er binnen de EU internationale verdragen worden afgesloten, waar de burger een verdragspartner er niet op aan kan spreken, wanneer die burger wordt benadeeld, wanneer die partner het verdrag schendt.

Lees hier het antwoord van de CCR.