Algemeene Schippers vereeniging

Voor en door schippers

Voortgang alleenvaart Westerschelde

Aan: Ministerie van I&M
t.a.v. Directeur Maritieme Zaken
Postbus 20901
2500 EX Den Haag

Betreft: Voortgang alleenvaart Westerschelde.

Rotterdam, 24-02-2015

Geachte mevrouw Gijsbers,

Dit schrijven is een uiteenzetting van bevindingen uit gevoerde gesprekken in 2014 met het ministerie van Infrastructuur en Milieu en Rijkswaterstaat afd. Zee en Delta t.a.v. het voorstel van de ASV om de Westerschelde te mogen bevaren met één bemanningslid (schipper) op schepen van 55 meter of korter. Op basis van genoemde gesprekken en ervaringen met alleenvaart op andere vaarwegen in Nederland, België en Frankrijk, is de ASV van mening dat de argumenten om het niet toe te staan onvoldoende zijn om te concluderen dat alleenvaart op de Westerschelde tot onveilige situaties kan/zal leiden.

Navigeren Westerschelde.
Tot de aangevoerde argumenten behoren de specifieke karakteristieken van de Westerschelde als vaarweg zoals getijden, golfslag en het gecombineerde gebruik door zee- en binnenvaart. Deze karakteristieken bemoeilijken echter het navigeren niet zodanig dat een tweede persoon daarvoor vereist is. Zowel op kleine als grote binnenvaartschepen wordt het navigeren altijd gedaan door één schipper, ook in gebieden waar het scheepvaartverkeer intensiever is dan op de Westerschelde (bijv. de haven van Rotterdam).

Technische eisen aan binnenvaartschepen.
Alle typen schepen kunnen, bij een aangepaste technische uitrusting S1, c.q. S2, alle vaarwateren incl. Westerschelde bevaren met een –gereduceerde- minimumbemanning. Hiervan wordt dan in voorkomende gevallen aantekening gemaakt in het Certificaat van Onderzoek.

De doelgroep waar het in dit kader om gaat zijn de Spitsen en Kempenaars (Klasse I en II) tot een lengte van 55 meter. Qua bouw en uitrusting dienen deze schepen minimaal te voldoen aan de eisen voor het verkrijgen van een Communautair Certificaat. De Westerschelde valt onder het toepassingsgebied van dit certificaat en daarom kunnen de schepen van de doelgroep in algemene zin technisch geschikt worden geacht voor het bevaren van de Westerschelde. Voor het varen met alleen één schipper aan boord zijn er voor deze schepen extra aanvullende eisen opgenomen in de vrijstellingsregeling, waar de schepen aan moeten voldoen. (zie: “Binnenvaartregeling”, id. BWBR0023009, departementaal kenmerk CEND/HDJZ-2009/105sectorSCH., oorspronkelijk ingevoerd in de Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart in 1995 voor een proefperiode van 5 jaar, daarna nogmaals 5 jaar verlengd, en na vaststelling van het zich niet voorgedaan hebben van negatieve veiligheidssituaties, te vinden in "officiele bekendmakingen", toelichting, als definitief vastgelegd.)

Bij dit alles moeten schepen (en onderdelen daarvan) regelmatig onderworpen worden aan een keuring en/of inspectie door bevoegde autoriteiten. Met al deze technische vereisten kan gesteld worden dat het in verhouding (qua afmetingen en vaarsnelheid) veiliger is om met een klein binnenvaartschip de Westerschelde te bevaren dan met een groot zeeschip, hetgeen treffend onderstreept werd door de stranding van het mega-containerschip "MSC Rachele" ingevolge een volledige blackout vlakbij Terneuzen 2 dagen na ons laatste overleg in Vlissingen.

Veranderde vaart.
De bepaling in de voornoemde vrijstellingsregeling, die bepaalt dat alleenvaart op de Westerschelde niet is toegestaan stamt uit het jaar 1995. Op dat moment was in België alleenvaart nog niet toegestaan, inmiddels sinds 2007 wel, onder gelijkaardige condities als in Nederland. Sindsdien is de scheepvaart op de Westerschelde sterk veranderd. De schepen zijn groter geworden en nautisch beter uitgerust, ook de kleine schepen en de vaarweg is verdiept. Deze positieve aspecten voor het veilige verkeer worden nog significant aangevuld door verbeterde verkeerbegeleiding, het VTS systeem, elektronische vaarkaarten en het Automatic Identification System (AIS). Wat de beweegredenen destijds ook waren, dan wel uitgevoerde onderzoeken, op basis waarvan de bepaling is opgenomen dat bij alleenvaart de Westerschelde niet bevaren mag worden, door de veranderde vaar-situatie is een gedegen heroverweging anno 2015 op basis van de feiten op zijn plaats.

Incidenten en ongevallen.
Zoals onderzoek door het ministerie heeft aangetoond (zie bovenvermelde toelichting) zijn er in het recente verleden (sinds 1995) geen incidenten of ongevallen geweest in de binnenvaart die te wijten waren aan het varen met één bemanningslid op schepen korter dan 55 meter of te voorkomen waren met een tweede persoon aan boord. Ten aanzien van de Westerschelde zijn er geen voorvallen bekend met schepen korter dan 55 meter waarbij het ontbreken van een tweede persoon het voorval had kunnen escaleren, wat in dat geval had kunnen leiden tot een groter gevaar voor het eigen schip en de overige scheepvaart.

Uiteraard kan de discussie over het wel of niet toestaan van alleenvaart op de Westerschelde gevoerd worden aan de hand van hypothetische gevallen. Dit is echter geen goed uitgangspunt. Er zijn geen feiten of cijfers bekend die de stelling (van met name de zeevaart) onderbouwen dat alleenvaart op schepen korter dan 55 meter onveiliger is dan met twee personen.

Afsluitend.
Ter afsluiting van dit schrijven wil de ASV het ministerie bedanken voor de geschonken aandacht aan dit onderwerp tot dusver. Het speelt al enige jaren en de doelgroep waar het om gaat is niet zo heel groot. Praktisch en financieel heeft het voor degen en die het betreft wel nadelige consequenties dat alleenvaart op de Westerschelde niet is toegestaan. (Zie de voornoemde toelichting) Het wel toestaan zal een welkom besluit zijn.

Vanuit de gesprekken heeft de ASV de indruk gekregen dat het ministerie geen bezwaren heeft, de argumenten van ILenT zijn weerlegd en Rijkswaterstaat afd. Zee en Delta voornamelijk verwijst naar veiligheids-technische zaken, waar andere schepen dan de schepen besproken in dit kader eveneens mee te maken hebben. Daarbij hanteert deze afdeling van Rijkswaterstaat het uitgangspunt dat zij alleenvaart op andere vaarwateren ook onveilig acht vanuit een zeevaartachtergrond en vanuit het uitgangspunt, dat moderne navigatiemiddelen zoals een automatische piloot onbetrouwbaar zijn.

Aangezien het toestaan van alleenvaart op de Westerschelde via de Commissie van Toezicht op de Scheldevaart dient te geschieden en in België op de andere vaarwegen sinds 2007 alleenvaart onder voorwaarden ook toegestaan is, verzoekt de ASV het ministerie het onderwerp "toestaan alleenvaart op de Westerschelde" te agenderen in de commissie voor 2015. De ASV is bereidt om de commissie te voorzien van alle relevante informatie ter onderbouwing van het door de ASV gedane voorstel. Gaarne wil de ASV in de gelegenheid komen om het voorstel mondeling toe te lichten aan de commissie en eventuele aanvullende voorwaarden met de commissie te bespreken.

Hoogachtend,

Ron Breedveld
Vicevoorzitter ASV
+31 653 801 460

Het ministerie heeft onlangs positief gereageerd op het verzoek om het onderwerp “toestaan alleenvaart op de Westerschelde” te agenderen in de Permanente Commissie van Toezicht op de Scheldevaart. Wordt vervolgd.